Op 24 mei 2016 verscheen de ‘nieuwste’ game van ontwikkelaar Blizzard: Overwatch. Een multiplayershooter waarin twee teams van zes helden het tegen elkaar opnemen in verschillende spelmodi. Bescherm de payload, pak het punt of schiet elkaar simpelweg overhoop. Simpele spelprincipes die dankzij goed gebalanceerde helden vrijwel elk potje spannend weten te maken. Vanaf het eerste moment trok de game mijn aandacht en sindsdien heeft Overwatch mij nooit meer losgelaten.
Meer gesproken verhalen horen? Abonneer je op onze podcast Laadscherm Voorgelezen
Met 450 gespeelde uren, 1541 gewonnen potjes (en gelukkig iets minder verloren), kan ik best zeggen dat ik flink wat tijd in Overwatch heb gestopt. Ik ben binnen de redactie niet de enige die idolaat is van de game. De op het oog chaotische shooter weet vriend en vijand te verrassen, houdt rekening met verschillende speelstijlen en persoonlijkheden, creëert helden en smeedt vriendschappen. Ik ken eigenlijk maar één iemand die na het spelen van de game niet gegrepen was door het Overwatch-virus (je weet wie je bent).
Maar hoe goed een game ook is, meestal raak ik na een aantal weken of maanden wel uitgekeken. Zelfs heel goede games leg ik regelmatig tijdelijk opzij omdat mijn aandacht wordt weggetrokken naar een andere (nieuwere) game. En laten we eerlijk zijn, hoe vaak kun je dezelfde maps nou opnieuw spelen?
Heel vaak, zo blijkt – als er maar genoeg verandert. Na dik twee jaar speel ik nog steeds regelmatig Overwatch. Dat is te danken aan de geweldige groep vrienden waarmee ik het strijdveld betreed, maar is ook grotendeels op het conto te schrijven van ontwikkelaar Blizzard.
De maker van Overwatch heeft in bijna tweeënhalf jaar 75 patches uitgebracht, 7 nieuwe helden toegevoegd, de game voorzien van 10 nieuwe maps en uitgebreid met extra spelmodi. Daarnaast is het aantal voorwerpen dat in de game zit (skins, player icons, voice lines, etc.) meer dan verdubbeld ten opzichte van het aantal waarmee de game van start ging. Ook worden er nog altijd regelmatig in-game evenementen georganiseerd rondom grote feestdagen, die gepaard gaan met nieuwe gamemodi, skins en kleine aanpassingen aan de spelwereld, zoals een map die met Halloween of kerst een feestelijke make-over krijgt. Het is een ongekende ondersteuning vanuit een gepassioneerd ontwikkelteam.
De transparantie waarmee het ontwikkelteam, en dan met name het gezicht van dit team, game director Jeff Kaplan, de toekomstplannen voor Overwatch deelt is bewonderenswaardig. Zeker in een branche waarin transparantie vaak geen vanzelfsprekendheid is. Op de fora van de game worden heel wat vragen van spelers beantwoord door Blizzard en dankzij de Developer Updates op YouTube ben je altijd op de hoogte van de aankomende veranderingen, en belangrijker, waarom zaken worden veranderd. Je zult het er niet altijd mee eens zijn (het is nooit leuk als jouw favoriete held minder sterk wordt gemaakt), maar er is altijd verantwoording vanuit het team waarom het gebeurt.
Zo ging onlangs de held Torbjörn op de schop. Hij was te passief en werd daardoor te weinig gespeeld. Om het personage interessanter te maken voor spelers heeft Blizzard zijn vaardigheden zodanig aangepast dat hij flexibeler is tijdens gevechten. Hoe dit allemaal uitpakt is nog maar de vraag, maar dat een held die al ruim twee jaar dezelfde vaardigheden heeft volledig wordt omgegooid is een teken van durf.
Dergelijke veranderingen zorgen ervoor dat de game constant fris en verrassend blijft. Spelers moeten aangepaste helden opnieuw leren spelen en de zogeheten meta (wat zijn in de huidige omgeving de sterkste helden, teamcomposities en strategieën) verandert na vrijwel elke patch. Het is aan de spelers om nieuwe strategieën te vinden en het zorgt er in mijn geval voor dat ik Overwatch na dik twee jaar nog steeds regelmatig met veel plezier speel. Als Blizzard de game zo blijft uitbreiden en veranderen, dan zal daar dan weer geen verandering in komen.