In mijn omgeving ben ik de uitzondering: een gamer die helemaal verslingerd is aan Splatoon. Wat mij betreft is het één van de beste spellen van Nintendo in jaren. Maar ook eentje waar niet veel serieuze gamers verder echt warm voor lijken te lopen. Jammer: Splatoon was voor mij namelijk de manier om in de wereld van team-based online shooters te komen.
Meer gesproken verhalen horen? Abonneer je op onze podcast Laadscherm Voorgelezen
Online of first-person shooters waren voorheen niet voor mij weggelegd. Bij Halo-sessies in de lokale multiplayer met vrienden was het slim (maar eigenlijk bijna zielig) om achter mij aan te gaan om aan het vereiste aantal kills te komen. Ik had toch nooit door dat er iemand achter me aan zat terwijl ik op mijn gemak probeerde te eagelen hoog op de map. Leuk voor medespelers, maar voor mij verschrikkelijk frustrerend.
Tot ik Splatoon ging spelen. In het begin schoot ik voortdurend mis. Gelukkig is het doel van deze team-based shooter om zoveel mogelijk van het level in de kleur van jouw team te verven. Dus ging ik dat maar doen. Met een verfkwast racete ik door het level: dat was lekker makkelijk, en mijn teamgenoten zorgden er ondertussen met rake schoten voor dat het andere team niet zo makkelijk hetzelfde kon doen. Minuten werden uren, uren werden dagen. Waarom vond ik dit zo leuk?
Het instapniveau bij Halo en andere shooters is voor nieuwelingen als ik ontzettend hoog. De twintig jaar aan consoleshooters die Halo voorgingen, heb ik allemaal gemist. Al die verschillende wapens die allemaal anders moeten worden ingezet… Geen enkel wapen leek écht goed bij mij te passen. Daar komt bovenop dat het doel van het spel is om in je eentje zoveel mogelijk kills te behalen. Er is geen team. Alles draait om jezelf en wat je alleen bereikt. Verder bestaat er vaak maar één spelstrategie: je schiet je medespelers aan flarden, en dat is het. Als je de wapens niet goed kan gebruiken en die strategie je niet ligt, bungel je aan het eind altijd onderaan.
Perfectionist
Als ik iets doe, wil ik het goed doen. Ik ben iemand die van een game alle ins en outs wil weten en erin uit wil blinken, dus ik baal ontzettend als ik elke ronde opnieuw onderaan het lijstje sta. Online shooters als Halo belonen mij op geen enkele manier: betere spelers straffen me altijd af. En omdat teamwork niet het doel is, draag ik ook nergens aan bij. Het resultaat? Een erg gedemotiveerde gamer die zulke spellen ergens diep in een lade wegstopt.
Splatoon zorgde er echter voor dat ik wel een enthousiaste speler van online shooters werd. Het concept met de verfkwasten en felle kleuren intrigeerde meteen. Als beginner ga je lekker met een team van drie andere spelers aan het kliederen en aan het einde van het potje beloont het spel je voor jouw kliederwerk. Je zit je teamgenoten niet in de weg omdat je te weinig ervaring hebt om je tegenstanders neer te maaien. Integendeel, je hebt een eigen taak uitgevoerd en maakt zo deel uit van het teamresultaat. Dat werkt ontzettend motiverend en zorgt ervoor dat je een goed gevoel overhoudt aan elk potje.
Tegelijkertijd is er ruimte voor groei en verbetering. Op een gegeven moment stap je over van de gemakkelijkere verfkwasten op de geweren, en ga je vanzelf daarmee ook tegenstanders te lijf tijdens het verven. Maar alleen achter je tegenstanders aangaan is niet de bedoeling: je moet wel je team aan een overwinning helpen door mee te verven.
Deze dynamiek zorgde ervoor dat ik langzaam maar zeker – zoals mijn vriend het noemde – ‘een beest’ werd in Splatoon. Hij verkondigde het trots tegen al onze vrienden: Lonneke is misschien kanonnenvoer in Halo, maar dan moet je maar eens Splatoon tegen haar spelen. Ik was een expert geworden. Ik kon verschillende wapens gebruiken en mijn tegenstanders helemaal gek maken. En tegelijkertijd genoot ik van het leuke teamwork-element.
Tegenwoordig speel ik geen Splatoon meer. Mijn grote verdriet dit jaar is dat ik het niet aan mezelf kan verantwoorden om alleen voor Splatoon 2 een Switch te kopen. Ik ben echter dankzij Splatoon wel een jaar geleden begonnen met Overwatch. Daarin draait het wel voornamelijk om tegenstanders wegblazen, maar om dat doel te bereiken, moet je veel verschillende rollen in het team kunnen spelen. Het teamwork-element is dus nog steeds erg aanwezig.
Deze online shooters bieden me een mogelijkheid om op bescheiden schaal een expert te worden en helemaal in een spel uit te blinken. En dus ben ik om: team-based online shooters zijn wel degelijk voor mij weggelegd. Beast mode, engaged!
Dit artikel is geschreven door Lonneke Verheul. Lonneke is in het echte leven Project Manager, maar maakt als schrijver graag uitstapjes naar Japan, games en lokale politiek. Overwatch is, zeg maar, helemaal haar ding. Lurkt ook op twitter als @lobbetje.